Bakeliet wordt vervaardigd in een proces van drie stappen (fasen). Tijdens dit proces ontstaan er verschillende hoedanigheden die ook elk een eigen toepassing kennen. Wij beschrijven hier de toepassing die het meest gebruikt werd bij het vervaardigen van onze verzamelobjecten. Bakeliet als geperst object, als thermoharder. Een voor die tijd modern en zeer veelzijdig product. Maar vooral de grondlegger van de inmiddels niet meer weg te denken toepassing van kunststof, ofwel 'Plastic'.
Bakeliet A
De stoffen Fenol en Formaldehyde worden in een gesloten reactieketel onder vacuüm vermengd en verhit. Wanneer het mengsel de juiste viscositeit heeft bereikt wordt het afgetapt en afgekoeld in bakken. Het gestolde eindproduct van deze fase is een brosse hars in de vorm van platen dat bij verwarming nog vervormbaar en oplosbaar is. Bakeliet A werd door Beakeland Novolak genoemd en was bedoeld ter vervanging van het natuurproduct schellak. Een materiaal dat vooral als isolatie in transformatoren werd gebruikt.Bakeliet B
De bovenomschreven harsplaten worden verbrokkeld en verpulverd tot poeder waarna het vermengd kan worden met vul- kleur- en smeerstoffen. Deze stoffen zijn vooral bedoeld om het eindproduct steviger te maken en er in bepaalde mate ook een kleuring aan toe te voegen. Maar ook om de kosten van het relatief dure basisproduct te drukken. Door zo te vermengen dat er minder zuiver bakeliet nodig is wordt de prijs van het eindproduct behoorlijk gereduceerd.
In deze fase kan men ook ‘spelen’ met kleurtoevoegingen waardoor mooie vlamachtige effecten verkregen kunnen worden of verschillende soorten houtimitaties. In de tijd waarin bakeliet het tijdperk van bijvoorbeeld houten radiokasten moest opvolgen was dit een welkome bijwerking van de beperkte mogelijkheden om bakeliet te kleuren. Ook de toevoeging van verschillende soorten textiel bezorgde het materiaal een voor die tijd meer aantrekkelijk effect dan het oorspronkelijk donkerbruin en zwart. De laatste wordt bereikt door grafietpoeder te mengen.
Bakeliet uit de vroege periode is zelden echt homogeen gekleurd. Niet omdat men dat mooi vond maar meer omdat op dat moment niet beter mogelijk was.
Bakeliet C
Het perspoeder ‘Bakeliet B’ kan op verschillende manieren worden verwerkt tot een eindproduct. De producten in onze verzameling zijn allemaal middels een perstechniek vervaardigd. Voor de uitleg op deze website reikt het te ver om de verschillende technieken geheel uiteen te zetten.
De rode draad is deze: om de vorm te verkrijgen wordt gebruik gemaakt van een mal waar hitte en druk aan kunnen worden toegevoegd (ongeveer 140˚C en 500 Kg/cm2). Er wordt iets teveel van het perspoeder gebruikt om ervoor te zorgen dat de mal geheel gevuld wordt.
Als je kijkt naar de benodigde hoeveelheid persdruk per vierkante centimeter kun je je voorstellen dat het maken van grote objecten een uitdaging was. Voor bijvoorbeeld radiokasten -die in ruime aantallen zijn vervaardigd- was al gauw een perskracht van 1000 ton nodig (dat is 1 miljoen kilo!).Tijdens deze laatste fase wordt het Bakeliet B definitief gebonden en gaat het over in een thermoharder die niet meer vervormbaar is door temperatuur.
Je ziet het, druk en warmte zijn de sleutelwoorden bij het vervaardigen van producten van bakeliet. Alles gebaseerd op die ene belangrijke doorbraak na jaren van onderzoek. Leo beakeland vestigde zijn ‘Heat and pressure’ patent in 1909 en zijn voorspelling kwam meer dan uit: het product van 1000 toepassingen!
Geraadpleegde bronnen: